vrijdag 6 mei 2011

Life on a deserted island...

De paasvakantie begon hier zoals het bij jullie eindigde: met Pasen zelf! Het leek ons dan ook het uitgelezen moment om die zondag een bezoek te brengen aan de kathedraal van Paramaribo. Maar eerst trakteerden we onszelf op een ontbijt met chocolade. We hadden er de week ervoor lang moeten naar zoeken en spijtig genoeg hebben we geen echte eitjes gevonden, maar een lekker stuk echte Belgische chocolade wisten we wel te vinden! Het werd een lekker uitgebreid ontbijt op het terras…  Het was een zonnige dag en we arriveerden net op tijd aan de volledig houten kerk. Tijdens de viering werd er heel veel gezongen door een kinderkoor en op het einde mochten we de bisschop allemaal een hand schudden. Ondanks het feit dat de ramen in de kerk open stonden, was het bloedheet binnen en dus moesten we onze dorst gaan lessen aan de waterkant… Uiteindelijk brachten we nog een bezoekje aan Kris, een Antwerpse wereldreiziger die met zijn zeilboot aangemeerd lag in het centrum, om vervolgens de rest van de namiddag in het zwembad te hangen. Het was echt te heet om iets anders te doen! De dagen die er op volgden waren ook heel warm en die vulden we dan ook met zweten, zwemmen, douchen en water drinken.

Het stuwmeer
 Op donderdagavond vertrokken we met een hele bende naar het Brokopondo stuwmeer.  Na een half uurtje tuffen over de High Way leek het busje het te begeven en we zagen onze trip al in het water vallen, maar gelukkig hadden we een handige Harry (oftewel Rithey) mee, en die zorgde ervoor dat we al snel weer konden verder rijden. We overnachtten in Brownsweg om dan de volgende ochtend voor zonsopgang gepakt en gezakt naar het meer te vertrekken. Het meer is in 1964 aangelegd voor de krachtcentrale en de plaats waar het meer nu is, was vroeger gewoon bos en bewoond gebied. Alles staat er nog zoals het toen is overstroomd, met als gevolg dat het een heel eigenaardig zicht geeft. Overal steken de toppen van oude bomen uit het water, wat ervoor zorgt dat het wat wegheeft van een kerkhof voor dode bomen... Terwijl de zon stilaan opkwam, vertrokken we met onze lange, smalle boot richting onbewoond eiland. Gedurende vier uur vaarden we over het meer, zonder ook maar één levende ziel tegen te komen. Ik waande mij al helemaal alleen op de wereld… Aangekomen op het eiland, merkten we wel direct op hoe weinig schaduw er was en we wisten onmiddellijk dat dat nog voor problemen ging zorgen!  
 
ons "kamp" op het eiland
Het eiland is echt piepklein. Je zou in principe in 10 minuten rondgestapt zijn, maar dat kan niet want het is vrij “bebost”. Ik voelde mij precies een van de deelnemers van Expeditie Robinson. Terwijl de mannelijke deelnemers van de expeditie op visjacht gingen, koos de vrouwelijke helft om op het eiland te blijven en wat te chillen. Maar na 10 minuten had ik het al gehad met de zon, ze was gewoon té verschroeiend! Met onze spullen hoog boven ons hoofd gingen we door het water naar een ander stukje strand, waar gelukkig wel een beetje schaduw was… Af en toe pootje baden, dutten  op het strand, lezen en kruiswoordraadsels invullen waren de bezigheden die dag en de dagen die er op volgden, kort te omschrijven als luieren, maar dan met een ongelooflijk mooi zicht en niemand in wijde omgeving…
 Terwijl de zon begon te zakken, kwamen de mannen terug met heel wat vis, vooral de veel voorkomende Tukunari, maar af en toe zat er ook een Piranha tussen. Die beesten zouden blijkbaar gevaarlijk klinken dan ze echt zijn, maar toch! Het gaf mij niet echt veel zin om mij in diepe wateren te begeven. We kookten eten op een vuurtje, maar van zodra de zon onder is, valt het leven op een onbewoond eiland ook gewoon stil. Je ziet niets meer, alleen honderden glinsterende sterren aan de hemel… Op ons eiland woonden ook grote dikke mieren (ze zijn wel 3 cm lang!!!) en na zonsondergang werden ze heel actief: ze kropen over onze voeten en beten er echt elke keer in, geen pretje… We hebben dan maar snel onze hangmat en klamboe opgehangen om te proberen te slapen, maar dat ging, ondanks onze vermoeidheid, minder goed dan verwacht.
Ook op zaterdag en zondag werd er gevist, gezond, gegeten, geslapen en geluierd… Rond 12u zondagmiddag begonnen we dan aan de lange tocht terug. Het drinkbaar water werd steeds schaarser, maar daar had de zon geen medelijden mee. Onverbiddelijk stond ze hoog aan de hemel te branden. Dorst zorgde ervoor dat we niets anders deden dat fantaseren van een lekkere frisse Parbobiertje, of een waterijsje of… Net op tijd kwamen we aan land waar we al snel een fles water kochten. Maar er stond ons natuurlijk nog een autorit van 2u te wachten. Doodmoe, maar fier dat we het overleefd hebben zonder luxe, kwamen we aan op Blauwgrond, waar ons bedje op ons stond te wachten…

Geen opmerkingen:

Een reactie posten